Curator’s Choice: Museum Flehite

Elke woensdag staat er met de Curator’s Choice een ander museum in de spotlight. Één van de conservatoren van het betreffende museum zal vertellen over het museum, zichzelf en een bijzonder werk uit de collectie van het museum. De Curator’s Choice van deze week is van  conservator Onno Maurer van Museum Flehite te Amersfoort./ Every Wednesday a different museum takes the spotlight with the Curator’s Choice. This week’s Curator’s Choice is from Onno Maurer from Museum Flehite in Amersfoort. The English version of the text can be found directly below the Dutch version.

Façade van het museum© Museum Flehite

Onno Maurer (Utrecht 1965) is hoofd en conservator van Museum Flehite in Amersfoort. Na een studie kunstgeschiedenis in Utrecht was hij zeven jaar werkzaam in Museum Catharijneconvent in die stad, voordat hij in 1998 de overstap maakte naar Amersfoort. Museum Flehite is voortgekomen uit de in 1878 opgerichte Oudheidkundige Vereniging Flehite en gehuisvest in drie laatmiddeleeuwse muurhuizen, gelegen vlakbij Amersfoorts beroemde monumenten Onze-Lieve-Vrouwetoren, Sint Joriskerk en Koppelpoort. Het museum richt zich op de (kunst)geschiedenis van Amersfoort en omgeving; globaal het gebied dat in de achtste eeuw als gouw “Flethite” onderdeel uitmaakte van het rijk van Karel de Grote.

Museum Flehite beheert circa 20.000 voorwerpen van cultuurhistorische waarde, die met elkaar het verhaal vertellen van de stad Amersfoort, die ontstond aan een doorwaadbare plaats (voorde) aan de rivier de Amer (Eem) en in 1259 stadrechten verkreeg. Het museum maakt onderdeel uit van de museumkoepel “Amersfoort in C”, waar ook kunsthal KAdE, Armando Museum (nog tot 2012) en het Mondriaanhuis deel van uitmaken.

Het hoofd van Museum Flehite, Onno Maurer, maakt nu ruim tien jaar kunsttentoonstellingen in zijn museum en heeft enkele tientallen kunstwerken voor de collectie weten te verwerven in die periode. Zijn belangstelling is breed: van de zeventiende eeuwse Amersfoortse schilders die op het buiten Randenbroek les kregen van Jacob van Campen, waarvan Matthias Withoos de bekendste is, tot de jonggestorven modernist Albert Fiks, “Bremmeriaan” Jakob Nieweg, impressionist Hendrik Jan Wolter tot expressionist Engelbert L’hoëst.

Engelbert L'hoëst (Gesigneerd: H. Kruijder), Amersfoort in Wederopbouw, 1947

Het is niet makkelijk om uit vele liefdes een keuze te maken, maar als het moet dan valt de keuze op een werk van laatstgenoemde (in Amersfoort geboren) schilder, waar een spannende affaire aan kleeft: Amersfoort in wederopbouw van Engelbert L’hoëst (1919-2008) maar links onder gesigneerd met H. Kruijder (!).

Engelbert L’hoëst, zoon van een Belgische moeder (die in 1919 in Amersfoort van een zoon beviel en haar baby bij buren achterliet toen ze in 1920 de benen nam) en een onbekende vader, schilderde in 1947 Amersfoort in wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog in een stijl die verwant is aan het Vlaamse expressionisme. In 1957 gaf L’hoëst dit schilderij in consignatie aan een Larense kunsthandelaar, van wie hij het nooit terugkreeg. In 1992 kocht Museum Flehite bij Christie’s in Amsterdam een Amersfoorts stadgezicht door Herman Kruijder (1881-1935). In 2006 organiseerde Museum Flehite een tentoonstelling van werk van Engelbert L’hoëst onder de titel “Dynamisch colorist”. Na die tentoonstelling werden werken uit de eigen collectie geëxposeerd, waaronder de “Herman Kruijder”. Engelbert L’hoëst zag dat schilderij en herkende onmiddellijk het door hem in 1957 in consignatie afgestane Amersfoortse stadsgezicht, inmiddels van een valse signatuur H. Kruijder voorzien. L’hoëst kon de museumstaf overtuigen, Kruijder experts werden geraadpleegd, Christie’s werd ingelicht, kranten en televisie besteedden ruimschoots aandacht aan de ontdekking. Museum Flehite betaalde in 1992 teveel voor een werk van –zoals veertien jaar later dus bleek- Engelbert L’hoëst, maar was toch ook,  evenals de kunstenaar, blij met de ontmaskering. Er dook namelijk een werk op uit het “eerste schildersleven” van Engelbert L’hoëst.

Op de tweede kerstdag van 1959 brandde L’hoësts atelierwoning in Soest volledig af en daarmee ging ook bijna het complete oeuvre verloren. In 1960 kocht L’hoëst van het verzekeringsgeld een huis in Soesterberg, waar hij vol overgave startte met de opbouw van een nieuw oeuvre. In dat huis zou hij bijna een halve eeuw wonen en werken. Ruim twee jaar na zijn dood (voorjaar 2011) organiseerde Museum Flehite een grote overzichtstentoonstelling van zijn werk, onder de titel “Engelbert L’hoëst, Zonneschilder” en verscheen de gelijknamige monografie over de op steenworpafstand van Museum Flehite geboren schilder. De voormalige Herman Kruijder, sleutelstuk in het veelzijdige oeuvre van Engelbert L’hoëst en een van de topstukken uit de collectie van Museum Flehite, kreeg een ereplek in de tentoonstelling.

De Amersfoortse Van Gogh

Engelbert L’hoëst, Notre Dame, Parijs, 1978. Olieverf op jute (60 x 70 cm) Collectie Museum Flehite (schenking van de weduwe van de kunstenaar)

Engelbert L’hoëst is als jongen van 17 jaar in de leer gegaan bij de Soester schilder Alexander Sleeswijk, die portretten, landschappen en stillevens vervaardigde in een negentiende eeuwse, academische stijl. Sleeswijk was als een vader voor de jonge Engelbert die na verloop van tijd volledig introk bij de schilder en diens huisgenoot Theodora Wijn-Nagel. In de Oorlogswinter overleed Alexander Sleeswijk. Theodora (“Moeke”) erfde de villa aan de Eng in Soest. In 1958 overleed Theodora en erfden Engelbert en zijn toenmalige vrouw Rie het huis, dat een jaar later geheel afbrandde.

Sleeswijk had er op aangedrongen dat zijn leerling zich ook het vak van restaurator eigen zou maken. L’hoëst heeft dat gedaan en daardoor decennialang een zeker inkomen gehad als restaurator van oude en minder oude meesters. Hij had de verschillende schilderstechnieken zo goed in de vingers dat menig studie naar schilders als Avercamp, Van Goyen of Van Gogh voor echt werd aangezien. In zijn vrije werk ontwikkelde L’hoëst zich tot een expressionistisch werkende schilder. In de jaren vijftig brak hij door en kreeg hij tentoonstellingen, onder andere in Het Instituut voor Kerkelijke Kunst en het Centraal Museum in Utrecht. In dit laatste museum als lid van “de Onafhankelijken”, een aan Cobra verwante groep Utrechtse schilders.

L’hoëst had in die jaren een beeldtaal ontwikkeld, die verwantschap vertoont met het werk van de Friese expressionist Gerrit Benner. L’hoëst had wel eens moeite met die vergelijking. Interessant is het om vast te stellen dat L’hoëst het Nederlandse polder- en rivierenlandschap al eerder dan Benner in primaire kleuren en in vereenvoudigde, soms naar abstractie neigende vormen weergaf. Waar Benner alsmaar verder ging met het proces van vormversobering, ontwikkelde L’hoëst zich vanaf de jaren zestig naar een meer emotionele, dynamische vorm van expressionisme. L’hoëst verliet daarmee het pad van het modernisme à la Mondriaan en trad in de voetsporen van de aartsvader van het expressionisme, zijn grote voorbeeld: Vincent van Gogh.

Voor meer informatie over Engelbert L’hoëst: zie monografie “Engelbert L’hoëst, Zonneschilder”, Van Spijk Uitgevers Venlo (2011). ISBN 978 90 6216 519 3

The exterior of the museum© Museum Flehite

Onno Maurer (Utrecht 1965) is head and curator of Museum Flehite in Amersfoort. After studying art history in Utrecht, he worked at Museum Catharijneconvent in Utrecht for seven years, until he switched to Amersfoort in 1998. Museum Flehite derived from the Archeological Society Flehite, which was founded in 1878, and the museum is housed in three late medieval wall houses, located near famous landmarks in Amersfoort like the Our Lady Tower, Church of St. George and the Koppelpoort. The museum focuses on the (art) history of Amersfoort and its surroundings; which is roughly the area (the shire called “Flethite”) that was part of the empire of Charles the Great in the eighth century.

Museum Flehite manages approximately 20,000 objects of cultural value, these objects tell the story of the city of Amersfoort, which originated at a fordable location (called a ‘voorde’ in Dutch) by the river Amer (Eem) and received city rights in 1259. The museum is part of the museum cooperation “Amersfoort in C”, together with the Kunsthalle KAdE, the Armando Museum (until 2012) and the Mondriaanhuis.

The Head of Museum Flehite, Onno Maurer, has organized art exhibitions in his museum for over ten years now and during that period of time he has been able to acquire several dozens works of art for the collection. He has wide interests, from the seventeenth century painters from Amersfoort who were taught by Jacob van Campen at the country estate Randenbroek, of whom Matthias Withoos is most well known, until the modernist Albert Fiks (an artist who died at a young age), “Bremmeriaan” Jacob Nieweg, impressionist Hendrik Jan Wolter to expressionist Engelbert L’hoëst.

Engelbert L'hoëst (Signed: H. Kruijder), Amersfoort in post-war reconstruction, 1947

It’s not easy to choose from many ‘loves’, but if I have to, then I choose a work by the last painter that I named (born in Amersfoort), which is associated with an exciting affair: Amersfoort during the post- war reconstruction by Engelbert L’hoëst (1919 -2008) but signed on the lower left corner with H. Kruijder (!).

Engelbert L’hoëst, son of a Belgian mother (who gave birth to a son in Amersfoort in 1919 and left her baby with the neighbors in 1920 to never return) and an unknown father, painted “Amersfoort during the post- war reconstruction” after the Second World War in 1947 in a style which is similar to Flemish expressionism. L’hoëst gave this painting in 1957 in consignment to an art dealer from Laren, who never returned it. In 1992, Museum Flehite bought a cityscape of Amersfoort by Herman Kruijder ( 1881- 1935) at Christie’s in Amsterdam. Museum Flehite organized an exhibition with works of art by Engelbert L’hoëst in 2006, entitled “Dynamic colourist”. After this exhibition, works from the museum’s collection were exhibited, including the work by “Herman Kruijder”. Engelbert L’hoëst saw this painting and immediately recognized his own cityscape of Amersfoort, which he parted with in consignment, in the meantime a fake signature of H. Kruijder had been added to the painting.

L’hoëst was able to convince the museum staff, Kruijder experts were consulted, Christie’s was informed, newspapers and television broadcasters devoted ample attention to the discovery. In 1992 Museum Flehite paid too much for a work by – as it turned out fourteen years later, Engelbert L’hoëst, but was also, like the artist, happy with the exposure. This is because a work from Engelbert L’hoëst his “first painting life” had appeared.

On Boxing Day of the year 1959, L’hoëst atelier in Soest completely burned down and thus almost destroyed his complete body of works. From the insurance money, L’hoëst bought a house in Soesterberg in 1960, where he diligently started with a new body of work. He would live and work nearly half a century in this house. More than two years after his death (spring 2011), Museum Flehite organized a major retrospective of his work, entitled “Engelbert L’hoëst, Zonneschilder” and the monograph was published under the same title. The former work by Herman Kruijder, which turned out to be a key work in the diverse works of art by Engelbert L’hoëst and one of the highlights from Museum Flehite’s collection, got a place of honor in the exhibition.

The Van Gogh from Amersfoort

Engelbert L’hoëst, Notre Dame, Paris, 1978. Oil on burlap (60 x 70 cm) Collection Museum Flehite (gift from the widow of the artist)

Engelbert L’hoëst was apprenticed to the painter Alexander Sleeswijk in Soest as a boy of 17 years old, who painted portraits, landscapes and still lifes in an academic style from the nineteenth century. Sleeswijk was like a father to the young Engelbert, who eventually moved in with the painter and his roommate Theodora Wijn- Nagel. Alexander Sleeswijk died during the winter of 1945. Theodora (“Mum”) inherited the villa by the Eng in Soest. After Theodora died in 1958, Engelbert and his ex-wife Rie inherited the house, which completely burned down a year later.

Sleeswijk insisted that his pupil would also learn to restore paintings. L’hoëst has done so and because of this, he had a steady income as a restorer of old master paintings and more modern works for decades. L’hoëst mastered several painting techniques so well, that many paintings in researches about painters like Avercamp, Van Goyen and Van Gogh have been mistaken for originals. In his free work, L’hoëst developed an expressionist painting style. L’hoëst broke through during the 1950’s and he got exhibitions, among others in the Institute for Religious Art and in the Centraal Museum Utrecht. In the latter museum as a member of the “Independents”, a group of painters from Utrecht who were related to Cobra.

L’hoëst had already established his own visual language which looked like the work by the Frisian expressionist Gerrit Benner. L’hoëst sometimes didn’t like this comparison. It is interesting to note that L’hoëst painted the Dutch polders and rivers earlier than Benner in primary colors and simplified forms, sometimes tending towards abstraction. Where Benner went further and further in the process of simplifying the shapes, L’hoëst developed a more emotional, dynamic form of expressionism in the nineteen sixties. L’hoëst therefore left the path of modernism à la Piet Mondrian and entered in the footsteps of the patriarch of expressionism, and his idol, Vincent van Gogh.

If you would like to know more about Engelbert L’hoëst (and you can read Dutch): see the monograph “Engelbert L’hoëst, Zonneschilder”, Van Spijk Uitgevers Venlo (2011). ISBN 978 90 6216 519 3

Lees ook:Echtpaar van Schaik schenkt kunstcollectie aan Museum Flehite
Lees ook:Herman Brood terug in Amersfoort
Lees ook:Vreemde gasten in Amersfoort
Lees ook:Van Cobra tot Zero
Lees ook:De bekendste vrouw ter wereld in Museum Flehite

Geen reacties // Reageer

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.

De volgende HTML tags en attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>